Op 28 maart 2009 vond de tiende studiedag van het Forum Afgestudeerden Archivistiek en Hedendaags Documentbeheer plaats. De Promotiezaal van de Vrije Universiteit Brussel vormde het gepaste decor voor deze jubileumeditie. Het centrale thema was het profiel van de archivaris dat na twintig jaar opleiding grondig gewijzigd is.
Professor Frank Scheelings gaf een overzicht van twintig jaar afstuderen, afgestudeerden en arbeid in de archivistiek. Een ruime meerderheid (79 procent) van de afgestudeerden kon in de culturele sector aan de slag. De meesten (58 procent) zijn uiteindelijk archivaris of documentbeheerder geworden. Dit wijst op een duidelijke waardering van het diploma. Het hoeft geen verwondering op te wekken dat de overheid de grootste werkgever is (61 procent). Daarbinnen doen vooral de steden en gemeenten het goed. Hun groeiende interesse voor archief valt onder meer te verklaren door het erfgoeddecreet en de transparantie van bestuur.
Het aantal professionele archivarissen is doorheen de jaren alsmaar toegenomen. Dit ging/gaat hand in hand met een wijziging van het beroepsprofiel. Inventariseren alleen volstaat niet meer. Archivarissen zijn vandaag meer en meer, al of niet gewild, heuse cultuurmanagers die volop naar buiten treden met hun archief. Tina Vanhoye (Erfgoedcel Mechelen) toonde aan dat een weloverwogen communicatiestrategie hierbij onontbeerlijk is. Een archief dat meer naamsbekendheid wil moet eerst stilstaan bij enkele cruciale vragen: wie zijn we, bij wie willen we bekender worden en welk doel willen we bereiken met grotere naamsbekendheid? Eens er op basis daarvan meetbare doelstellingen zijn kan er een gedetailleerd communicatieplan opgesteld worden. Belangrijk daarbij is het nemen van voldoende tijd en het gebruiken van proefpersonen. Uiteindelijk volgen de uitvoering van het communicatieplan, evaluatie en eventuele bijsturing.
Duidelijkheid over je profiel en doelstellingen als archief zijn ook heel essentieel met het oog op sponsoring. Dit bleek uit de lezing van Els Flour (Archiefcentrum voor Vrouwengeschiedenis). Bedrijven zijn heel begaan met hun imago en zullen enkel instellingen sponsoren die daar goed bij aansluiten. Het komt er dan ook op aan om als vragend archief goed na te denken over wat je wil en wat je het bedrijf in return kan bieden. Vooral op het vlak van pr zijn er mogelijkheden. Bedrijven willen iets uitzonderlijks voor hun mensen en zijn vaak ook geïnteresseerd in geschiedenis. De cultuursector in het algemeen en archieven in het bijzonder bieden daar kansen, bijvoorbeeld een receptie in een historisch pand, rondleidingen, … Creativiteit is hierbij een sleutelwoord. Ook menselijke contacten zijn van uiterst belang. Potentiële sponsors stellen een persoonlijk aanspreekpunt met voldoende tijd heel erg op prijs. Dit geldt op elk moment, ook tijdens en na het gesponsorde evenement. Sponsordossiers vragen dus een weldoordachte, professionele aanpak met voldoende tijd en middelen. Hoewel er op het Europese vasteland weinig traditie is op dat vlak, liggen daar nieuwe kansen voor het archiefwezen.